Skip links

Later

Door Sebastiaan Kes

In ontwikkeling

Sociaal-maatschappelijk mediaproject rond LHBTI-ouderen door Sebastiaan Kes in samenwerking met de Stichting Human FOCUS.

LATER

25 Jaar geleden bestond het begrip ‘roze ouderen’ nog niet. Onder de titel ‘Zouden ze bestaan?’ werd in 1993 het eerste onderzoek naar homoseksuele- en lesbische ouderen gepubliceerd. Een titel die doelde op de onzichtbaarheid van deze groep in de Nederlandse samenleving. Uiteraard waren er altijd al LHBTI-ouderen, alleen maakten die zichzelf niet kenbaar: uit schaamte, uit zelfbescherming of omdat ze inmiddels gewend waren zichzelf weg te cijferen. Hierdoor bleef ook de problematiek die deze groep treft lange tijd verborgen.

Sinds de jaren ‘90 is steeds duidelijker geworden dat het een extra kwetsbare groep betreft. Maar voor de meeste overheidsinstellingen en zorg- en welzijnsorganisaties zijn roze ouderen nog steeds een blinde vlek. En de introductie van de ‘participatie-samenleving’ brengt daar geen verbetering in: verzorgingshuizen verdwijnen en van ouderen wordt verwacht dat ze zo lang mogelijk zelfstandig blijven wonen. Veel LHBTI-ouderen met een hulpvraag vallen hierdoor tussen wal en schip en komen terecht in isolement.

Op een prettige manier oud worden is voor veel LHBTI’s niet vanzelfsprekend. Uit de onderzoeken blijkt dat homomannen, lesbische vrouwen, biseksuelen en transgender- en intersekse personen op latere leeftijd een grotere kans hebben op eenzaamheid en geestelijke problemen dan heteroseksuelen. LHBTI’s zijn ook vaker kinderloos en kunnen minder snel een beroep doen op mantelzorgers in hun naaste omgeving. En wanneer de zorgbehoefte toeneemt, blijkt er in de ouderenzorg nog veel onbegrip en onwetendheid over seksuele diversiteit. Bovendien is er sprake van discriminatie en pesterijen onder leeftijdsgenoten. Een deel gaat – uit angst om buitengesloten te worden – daarom zelfs terug de kast in.

Maar de huidige generatie oudere LHBTI’s is ook op andere manieren bijzonder te noemen. Het is de eerste generatie die zichzelf ook als zodanig identificeert. Opgegroeid in een tijd waarin homoseksualiteit nog als misdrijf, zonde of ziekte werd gezien, was men in veel gevallen genoodzaakt een dubbelleven te leiden. Pas sinds de jaren ’70 en ’80 is er voor LHBTI’s veel veranderd. En de roze ouderen van nu hebben – als ze niet zelf de straat zijn opgegaan om te vechten voor meer zichtbaarheid en gelijke behandeling – dat in elk geval heel bewust meegemaakt. Juist deze groep ouderen zou zich op hoge leeftijd niet (nogmaals) moeten hoeven verstoppen.

Om roze ouderen – met behoud van identiteit – volledig te kunnen laten meedoen in de maatschappij is daarom in de eerste plaats meer bewustwording en zichtbaarheid nodig. Betere bewustwording van de problematiek en tonen over welke groep het gaat kan leiden tot meer sensitiviteit en begrip bij zorgpersoneel, tot meer aandacht en maatwerk bij overheidsinstanties en tot meer acceptatie onder leeftijdsgenoten en in de samenleving in het algemeen. Het helpt taboes doorbreken, zorgt voor een veilige omgeving waarin roze ouderen zichzelf durven te zijn en voor verbetering van het welzijn van deze groep.

Het project ‘LATER’ haalt LHBTI-ouderen uit de anonimiteit, door, in nauwe samenwerking met deze groep, een multimediaal programma te ontwikkelen voor een breed publiek en specifiek voor medewerkers van diverse instanties en organisaties die – vaak zonder zich ervan bewust te zijn – met LHBTI-ouderen te maken hebben.

In het multimediaproject ‘LATER’ bundelen Stichting Human Focus en Stichting JURA de krachten. Om de zichtbaarheid van roze ouderen en de bewustwording rond de specifieke positie van deze groep in Nederland te vergroten en het debat over verbetering van deze positie op gang te brengen. Het project stelt levensverhalen van oudere- en ouder wordende LHBTI’s centraal. Hierdoor krijgt een breed publiek inzicht in de specifieke dilemma’s waar roze ouderen mee te maken hebben en wordt het bijzondere verleden van deze generatie LHBTI’s belicht. Bovendien krijgen succesvolle binnen- en buitenlandse initiatieven op het gebied van zorg en wonen voor deze groep een podium. Het delen en zichtbaar maken van deze levensverhalen en ‘best practices’ moet in eerste instantie leiden tot begrip, inspiratie en discussie en op langere termijn tot meer acceptatie en betere toekomstperspectieven voor LHBTI-ouderen.

De ruggengraat van het project bestaat uit een reeks lokale, regionale- en landelijke evenementen die zich specifiek richten op medewerkers van instanties en organisaties waarmee roze ouderen te maken hebben. Het project wordt ondersteund door een documentaire, een tentoonstelling en een website. Daarnaast wordt via regionale- en landelijke media het grote publiek bereikt.

Binnen het project wordt samengewerkt met verschillende gerenommeerde belangen- en kennisorganisaties die zich dagelijks bezighouden met (LHBTI-) ouderen en uiteraard met de groep zelf.